Staalkabels & accessoires

INFO STAALKABEL

Staalkabels worden gebruikt voor het hijsen van lasten overeenkomstig de technische gegevens en gebruiksomstandigheden.

De gekozen staalkabel moet niet alleen voldoende breuksterkte hebben, maar moet ook geschikt zijn voor de beoogde toepassing. Verschillende kabelconstructies hebben sterk uiteenlopende eigenschappen.

Staalkabels zijn bruikbaar bij temperaturen van -40°C tot +100°C zonder enige vorm van reductie. Temperaturen buiten deze range dienen te worden geconsulteerd.

Staalkabels zijn opgebouwd uit spiraalvormig rond een kabelkern geslagen of gevlochten strengen. De strengen zijn opgebouwd uit – rond een strengkern geslagen – staaldraden. De belangrijkste eigenschappen van een kabelconstructie worden bepaald door aantal, vorm en afmetingen van de afzonderlijke staaldraden als ook door de opbouw van de kabelkern.

De kabelkern vormt het ‘hart’ van de kabel en bepaalt in hoge mate de kabeleigenschappen. Staalkernen en met kunststof ommantelde kernen verbeteren doorgaans de stabiliteit van de kabelconstructie. Door de geschikte kabelkern te kiezen, kan men beschadigingen tegen gaan als gevolg van hoge radiaalkrachten, bijvoorbeeld bij meerlaags gespoelde kabels.

Kabelstrengen bestaan uit één of meer draadlagen die spiraalvormig rond een kern zijn geslagen. Die strengkern kan uit één of meer staaldraden bestaan (=staalkern), maar ook uit vezels (=touwkern). De strengopbouw bepaalt in hoge mate de technische eigenschappen van het kabelsamenstel.

De kabelkern en de strengen worden samengesteld om de afgewerkte kabel te vormen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen een- en meerlaags staalkabels. Eenlaags staalkabels zijn doorgaans 6- of 8-strengs kabel constructies.

 

Meerlaags strengkabels zijn meestal draaiarme of draaivrije constructies, bv 19x7, 35x7, etc.

De opbouw met meerdere strenglagen maakt de fabricage mogelijk van kabels die over een bepaald belastingsbereik een zeer laag draaimoment hebben omdat de torsiekrachten van de verschillende strenglagen tegen elkaar inwerken.

De geschikte slagwijze en slagrichting hangen af van de constructiewijze van de kabelaandrijving (trommel). Meestal worden op één en dezelfde installatie rechts en links geslagen kabels gebruikt om de torsie tussen eenlaags kabelconstructies op te heffen. In een kabelaandrijving mogen uitsluitend kabels met dezelfde slagwijze en slagrichting worden gecombineerd. Hier volgen de gangbare slagwijzen en slagrichtingen:

Kleine letters geven de slagrichting aan van de draad in de streng.

Hoofdletters geven de slagrichting van de streng aan.

Kabels moeten worden opgeslagen in een nette, goed geventileerde, droge en beschermde ruimte. Staalkabels moeten bij kamertemperatuur worden opgeslagen. Bij langdurige opslag moeten kabels regelmatig worden gecontroleerd op corrosie en zo nodig worden beschermd door ze opnieuw na te smeren. Breng op de staalkabels een duurzame en eenduidige markering aan om verwisseling te voorkomen.

Controleer vóór het gebruik de kabeldiameter zoals aangegeven op de figuur hieronder en ga na of de eindverbindingen vrij zijn van zichtbare gebreken. Controleer alle technische gegevens aan de hand van de markering en bijbehorende certificaten.

Bescherm de staalkabel tegen uitdraaien alvorens hem door te snijden. Meerlaags staalkabelconstructies of parallel geslagen kabels moeten minstens op twee plaatsen aan weerszijden van het snijpunt worden afgebonden.

Vermijd beschadiging en verdraaiing tijdens het afwinden.

Om de torsiekrachten van de oude kabel niet over te brengen op de nieuwe staalkabel adviseren wij het gebruik van kabeltrekkousen ( kabelvlieters ) met flexibele verbinding. Zorg voor een veilige en stevige verbinding!

Vermijd tegenbuiging wanneer u de staalkabel van de afrolhaspel afwindt. Bij het opwinden op de kabeltrommel moeten de kabels voldoende voorgespannen zijn om een goede winding en veilige bediening van de kabelaandrijving te waarborgen.

Laat staalkabels uitsluitend door daartoe gekwalificeerde personen monteren. Controleer of de staalkabels juist gemonteerd zijn en in goede staat verkeren alvorens ze opnieuw in gebruik te nemen.
Laat nieuwe staalkabels onder geringe deellast inlopen.

De reephoek ( verseizings hoek ) kan verhoogde slijtage of belasting van staalkabels tot gevolg hebben. Bij het winden van de kabel om een gladde trommel moet de reephoek tussen 0.5° en 2.5° liggen. Bij een gegroefde trommel mag deze tussen 0.5° en 4° liggen. Bij kabelbeschadiging door de naastliggende winding kan de levensduur worden verlengd door verdichte ( gecomprimeerde ) kabelconstructies, langslagkabels te gebruiken.

Op kabelschijven mag de reephoek nooit meer bedragen dan 2.5°.

Bij draaivrije of parallel geslagen kabelconstructies mag de reephoek niet meer bedragen dan 1.5°.

Zorg dat de lopende staalkabel niet van de schijf- of trommelflens kan afschuiven.

Let bij het controleren van in gebruik zijnde staalkabels in het bijzonder op de reephoek waaronder de kabel in de installatie komt.

Het ontwerp en de toestand van de groeven in kabelschijven of –trommels zijn van het allergrootste belang voor de levensduur van de kabel. De schijfgroeven moeten de kabel over ca. 1/3 van de omtrek ondersteunen.

Lopende staalkabels moeten tijdens het gebruik regelmatig worden geïnspecteerd en nagesmeerd.
Staalkabels dienen jaarlijks visueel geïnspecteerd te worden.Overmatig beschadigde, gecorrodeerde of versleten staaldraden mogen niet gebruikt worden.

Er mogen geen kinken, etc. in de staaldraad voorkomen.

Handen en andere lichaamsdelen moeten op afstand van de kabel worden gehouden om letsel te voorkomen als de slappe kabel wordt strakgetrokken.

De op de kabel aangegeven WLL mag nooit worden overschreden.

Staaldraden kunnen uitstekende garens vertonen, gebruik daarom altijd veiligheidshandschoenen.

Staalkabelstrop en –samenstel

Staalkabelstroppen en -samenstellen zijn verwijderbare verbindingsmiddelen voor het hijsen en aanslaan van lasten overeenkomstig de technische gegevens en gebruiksomstandigheden.

Staalkabelstroppen en –samenstellen dienen jaarlijks visueel geïnspecteerd te worden door een deskundige instantie en alle aangezette haken, ringen etc. dienen jaarlijks visueel geïnspecteerd en 4-jaarlijks gekeurd te worden.

Staalkabel grommer

Een staalkabel grommer is een verwijderbare verbindingsmiddel voor het hijsen en aanslaan van een last overeenkomstig de technische gegevens en gebruiksomstandigheden.

Een grommer dient jaarlijks visueel geïnspecteerd te worden door een deskundige instantie. Gebruik nooit een grommer met een andere kabelrichting ( kabelslag links of rechts ) dan de andere staalkabel, -strop en/of grommer die al gebruikt wordt bij een combinatie. Een grommer mag nooit aangehaakt worden op de rood gemarkeerde gedeelte van de grommer. Gebruik een grommer alleen in een directe lijn, als een strop of als een broek (mandje). De op de grommer aangegeven WLL mag nooit worden overschreden.